
Een grote angst voor veel ouders is het verschijnsel wiegendood. Je legt je baby te slapen en een volgend moment is de baby overleden… wat is er gebeurd? Het verdriet van ouders die hun kindje verliezen aan wiegendood is onvoorstelbaar groot. Hieronder gaan we in op de feiten, risicoverhogende factoren en wat je zelf kunt doen om het risico op wiegendood zo klein mogelijk te maken.
Wiegendood, wat is dat?
Er wordt pas over wiegendood gesproken als er bij autopsie van je baby geen afwijkingen of gezondheidsproblemen zijn vastgesteld. De volledige omschrijving luidt: ‘Wiegendood is het plotseling en onverwacht overlijden van een kind beneden de leeftijd van twee jaar, dat ogenschijnlijk gezond of in elk geval niet duidelijk ziek was en bij wie geen lichamelijke afwijking is vastgesteld die op zichzelf het overlijden voldoende verklaart’. Is er sprake van een overleden kind, dan vindt uitvoerig onderzoek plaats maar ook wordt er goed naar de plaats gekeken waar de baby gevonden is. Uit onderzoek blijkt dat baby’s die aan wiegendood zijn overleden waarschijnlijk een probleem hebben met de hersenfunctie die de ademhaling aanstuurt.
Sudden Infant Death Syndrom
In plaats van wiegendood wordt ook wel gesproken van SIDS. Dat staat voor Sudden Infant Death Syndrom. Soms wordt de Near SIDS gebruikt, daarmee wordt een situatie bedoeld waarbij een baby net op tijd is gevonden, maar die wellicht zou zijn overleden als het te laat ontdekt zou zijn. Het spreekt voor zich dat juist bij deze kinderen heel goed onderzoek moet plaatsvinden wat er aan de hand is.
Wat is de gemiddelde leeftijd dat een baby aan wiegendood overlijdt?
De gemiddelde leeftijd dat een baby overlijdt aan wiegendood is vijf maanden oud.
Is wiegendood erfelijk?
Er zijn geen onderzoeken bekend dat wiegendood erfelijk zou kunnen zijn.
Om hoeveel gevallen per jaar gaat het?
Door goede voorlichting hoe je een baby veilig te slapen legt en diverse onderzoeken is het aantal gevallen van wiegendood eind vorige eeuw flink gedaald. Deze daling heeft zich sinds het begin van 2000 verder doorgezet. In 2003 ging het nog om 28 gevallen van wiegendood, in 2004 om 16 baby’s en in 2019 ging het om 12 baby’s. Deze cijfers maken onderdeel uit van het totaal aantal gevallen van babysterfte dat natuurlijk veel hoger ligt.
Wiegendood risicoverhogende factoren
Het is vaak moeilijk aan te tonen wat de reden is waarom een baby aan wiegendood is overleden. Wel is er steeds meer bekend over risicoverhogende factoren van babysterfte. Dat zijn:
- Jongensbaby’s lopen een kleine kans meer op babysterfte.
- Baby’s met een laag geboortegewicht ook.
- Meerlingbaby’s (die hebben meestal ook een lager geboortegewicht).
- Gebruik van onveilig beddengoed.
- Buikligging.
- Roken tijdens en na de zwangerschap.
- Gebrek aan toezicht op de baby.
- Samen met de baby slapen in het ouderlijk bed.
- Het sterftecijfer van zuigelingen is het hoogste onder vrouwen die jonger zijn dan 20 jaar en daarna bij vrouwen die ouder zijn dan 40 jaar.
Hoe kun je het risico op wiegendood voorkomen?
Je kunt zelf veel doen om het risico op wiegendood zo klein mogelijk te maken, hier zijn 10 actiepunten:
1. Leg je kindje op zijn rug te slapen
Sinds buikligging wordt afgeraden is het aantal gevallen wiegendood flink gedaald. Waarom is buikligging zo belangrijk? Als je baby op de buik ligt bestaat het risico dat de baby in ademnood kan komen doordat zijn mondje en neusje tegen het matras wordt gedrukt. Ook bestaat de kans dat je baby in buikligging steeds weer de lucht inademt die hij of zij uitademt, dit heet rebreathing. Het gevolg hiervan is dat je baby te weinig zuurstof inademt.
Verder is het belangrijk te weten dat je baby zich liggend op zijn buik makkelijk kan afzetten en verplaatsen in het bed en dus per ongeluk op kussenachtige materialen kan komen te liggen. Maar je baby kan ook onder de dekens terecht komen en verstrikt raken.
Geen buik- of zijligging
Het advies luidt dan ook: leg je baby altijd op de rug te slapen! Ook een zijligging wordt afgeraden omdat je baby zich dan toch op de buik kan rollen. Ben je bang dat je baby zich verslikt of een scheef hoofd krijgt? Het is aangetoond dat het risico op verslikking niet groter is bij slapen op de rug dan bij slapen op buik of zij. Om te voorkomen dat je kindje een scheef hoofd ontwikkelt, leg je het hoofdje van je baby in rugligging afwisselend naar links of naar rechts. Je kunt iets interessants voor je baby buiten het ledikant zetten om naar te kijken, of draai het ledikant naar het licht. Wissel het links en rechts kijken ook als je voedt en in de box. Meer lezen over voorkeurshouding.
Alleen als je baby wakker is kun je de baby op de buik leggen onder jouw toezicht. Kan je baby zich helemaal zelfstandig omdraaien van rug- naar buikhouding? Dan mag je je kindje ook op de buik of zij laten slapen.
2. Gebruik veilig beddengoed
Gebruik voor het voorkomen van wiegendood geen dekbed, kussen, hoofdbeschermer of grote knuffels in bed. Je baby kan er tegenaan komen te liggen en in ademnood komen. Ook veilig beddengoed is van belang. Een dekbed wordt afgeraden totdat je kindje twee jaar oud is. Meer lezen over beddengoed, en meer lezen over het babymatras.
3. Gebruik een babyslaapzak
Met een goed passende slaapzak is extra laken of deken niet nodig. Meer lezen over de voordelen van de babyslaapzak.
4. Maak het bedje kort op
Voor een veilige slaapomgeving maak je het bedje kort op. Bij een kort opgemaakt bedje raken de voetjes van je kindje bijna het voeteneinde. Het beddengoed reikt tot de schouders, zo ligt het hoofdje vrij. Eerst komt er een molton om het matrasje, daarna een onderlaken. Gebruik liever geen zeiltje of waterdichte molton, wil je dit toch dan mag het hoofdje van je kindje daar nooit op komen te liggen. Alles moet mooi strak liggen voor het veilig slapen. Daarna maak je het bedje verder op met een bovenlaken en een deken van katoen, wol of synthetisch materiaal. Je mag de deken ook in een dekbedhoes gebruiken maar alles moet goed aan de zijkanten worden ingestopt. Te groot beddengoed sla je niet dubbel maar vouw je onder het matras door.
Meer lezen over babybed opmaken, hoe doe je dat?
5. Voorkom warmtestuwing
Zorg voor een goede ventilatie in de kamer en kijk of je kindje het niet te warm krijgt door te veel lagen lakens en dekens. Warmtestuwing betekent dat je baby zijn warmte niet kan afgeven en is een risicoverhogende factor voor wiegendood. Wat gebeurt er namelijk bij warmtestuwing? Om af te koelen gaan de bloedvaten in baby’s huid wijd openstaan. Dit betekent dat de bloeddruk daalt en het hart veel te hard moet pompen. Je baby reguleert zijn warmte via zijn hoofdje, zet daarom na de eerste dagen geen mutsje meer op. Het controleren van je baby’s temperatuur doe je via het nekje of zijn voetjes, niet via zijn hoofdje. Een ideale temperatuur voor de babykamer is tussen de 16 en 18 graden.
Meer lezen over de TOG waarden van deken, slaapzak of trappelzak om de warmteweerstand en isolatiewaarde te bepalen.
6. Ga niet samen slapen
Slaap niet met de baby in bed, maar gebruik een cosleeper of aanschuifwiegje. Samen met je baby in een bed slapen is niet zonder risico’s: je kind kan onder het dekbed of tussen de matrassen terecht komen, uit bed vallen of tegen de kussens aan komen te liggen met kans op ademnood. Ook bestaat de kans dat je op je baby rolt, zeker als je vermoeid bent, rookt of medicijnen gebruikt.
Meer lezen over een cosleeper en veilig slapen.
7. Rook niet
Het is aangetoond dat roken risicoverhogend werkt voor wiegendood. Rook dus niet voor, tijdens en na de bevalling. Voorkom ook dat je baby rook van anderen in kan ademen.
8. Geef borstvoeding
Mogelijk verkleint het geven van borstvoeding het risico op wiegendood. Er kunnen geen conclusies uit onderzoeken worden getrokken, maar er zijn aanwijzingen dat borstvoeding een beschermende werking heeft en dat je baby iets alerter reageert. Het is trouwens niet aangetoond dat flesvoeding het risico verhoogt.
9. Geef je baby een fopspeen
Je baby een fopspeen geven werkt beschermend tegen wiegendood, dus geef je baby er gerust een als de borstvoeding vlotjes loopt. Baby’s die een fopspeen krijgen slapen wat rustiger en draaien minder snel op de buik.
10. Zorg voor rust en regelmaat
Raakt je kind uit zijn ritme, denk aan lange autoritten of een onrustige thuissituatie, dan bestaat de kans dat je kind als deze gaat slapen in een hele diepe slaap terecht komt met een mogelijke kans op wiegendood. Zorg voor regelmaat in de perioden dat je baby wakker is en slaapt.
Meer lezen over Geboortezorg en zuigelingen sterftecijfers Nederland en internationaal